- Artikel 17 - Informatie die ter beschikking van het publiek wordt gesteld
- Artikel 18, onder a)(i) - de instanties die bevoegd zijn beschermingsmaatregelen te gelasten en het certificaat af te geven overeenkomstig artikel 5
- Artikel 18, onder a)(ii) - de instanties waarvoor men zich kan beroepen op een in een andere lidstaat gelaste beschermingsmaatregel en/of die bevoegd zijn om een beschermingsmaatregel ten uitvoer te leggen
- Artikel 18, onder a)(iii) - de instanties die bevoegd zijn voor het aanpassen van een beschermingsmaatregel overeenkomstig artikel 11, lid 1
- Artikel 18, onder a)(iv) - de rechterlijke instanties bij wie overeenkomstig artikel 13 het verzoek tot weigering van erkenning en, in voorkomend geval, van tenuitvoerlegging wordt ingediend
- Artikel 18, onder b) - de taal die wordt/de talen die worden aanvaard voor de in artikel 16, lid 1, bedoelde vertalingen
Informatie zoeken per regio
- Belgiëbe
- Bulgarijebg
- Tsjechiëcz
- Denemarkendk
- Duitslandde
- Estlandee
- Ierlandie
- Griekenlandel
- Spanjees
- Frankrijkfr
- Kroatiëhr
- Italiëit
- Cypruscy
- Letlandlv
- Litouwenlt
- Luxemburglu
- Hongarijehu
- Maltamt
- Nederlandnl
- Oostenrijkat
- Polenpl
- Portugalpt
- Roemeniëro
- Sloveniësi
- Slowakijesk
- Finlandfi
- Zwedense
- Verenigd Koninkrijkuk
Artikel 17 - Informatie die ter beschikking van het publiek wordt gesteld
In Engeland en Wales
Uitgaande beschermingsmaatregelen (d.w.z. in het Verenigd Koninkrijk gelaste beschermingsmaatregelen die in andere EU-lidstaten moeten worden erkend en ten uitvoer gelegd)
Elke aanvrager (of begunstigde) van een onder de verordening vallende binnenlandse beschermingsmaatregel (bv. maatregelen bevolen op grond van de wet op de bescherming tegen intimidatie van 1997 (Protection from Harassment Act 1997), of in gezinszaken, beschermingsbevelen (non-molestation orders), bevelen tot regeling van de bewoning (occupation orders) en bevelen tot bescherming tegen gedwongen huwelijken (forced marriage protection orders)) kan de rechter die de beschermingsmaatregel beveelt, in het kader van deze regeling verzoeken om een certificaat teneinde deze bescherming tot een andere lidstaat van de EU uit te breiden. In Engeland en Wales zijn de daartoe bevoegde gerechten:
- familierechtbank (family court);
- districtsrechtbank (county court);
- hooggerechtshof (High Court; zowel de Family Division als de Queen’s Bench Division);
- magistrates’ courts (die beschikkingen kunnen geven inzake bescherming tegen huiselijk geweld);
- voogdijrechtbank (Court of Protection).
De procedures die in verband met deze maatregelen moeten worden gevolgd, zijn uitvoerig beschreven in wetgeving en in de toepasselijke Family Procedure Rules (FPR of Civil Procedure Rules, CPR), te weten het nieuwe deel 38 van de FPR (FPR Practice Direction 38A) en het nieuwe hoofdstuk VI van de CPR, deel 74.
Elk van deze gerechten kan hulp bieden bij de opstelling van een verzoekschrift. Er is ook een folder beschikbaar, die zal kunnen worden geraadpleegd op de website van de Court Service (HMCTS).
Wanneer is vastgesteld dat aan de voorwaarden is voldaan, geeft de rechter een certificaat in de voorgeschreven vorm af (gangbaar in de hele EU). Het certificaat wordt aan de beschermde persoon/aanvrager afgegeven. De beschermde persoon kan de rechter ook verzoeken om hem of haar een vertaald certificaat te verstrekken.
De rechter stelt de “persoon van wie de dreiging uitgaat” ervan in kennis dat het certificaat is afgegeven (en overal in de EU van toepassing is). Tegen de afgifte van een certificaat kan er geen rechtsmiddel worden ingesteld. Wel kan er een verzoek om verbetering of intrekking worden gedaan.
Het certificaat houdt in dat de beschermingsmaatregel ten behoeve van de beschermde persoon automatisch wordt erkend en, zo nodig, ten uitvoer kan worden gelegd in elke andere lidstaat (met uitzondering van Denemarken, dat niet door de verordening is gebonden).
De erkenning en tenuitvoerlegging van een inkomende beschermingsmaatregel (van een andere lidstaat naar het Verenigd Koninkrijk)
Een in een andere lidstaat gelaste beschermingsmaatregel wordt automatisch erkend zonder dat er een bijzondere procedure moet worden gevolgd en is uitvoerbaar zonder dat er een verklaring van uitvoerbaarheid is vereist. De maatregel hoeft niet aan de rechter te worden voorgelegd voor erkenning.
Als een beschermde persoon vraagt om een “aanpassing van feitelijke elementen” (nieuw adres enz.) van haar/zijn beschermingsmaatregel en/of om tenuitvoerlegging van de maatregel in geval van een vermeende inbreuk, kan zij/hij zich wenden tot een van de volgende gerechten in Engeland en Wales:
- familierechtbank (family court);
- districtsrechtbank (county court);
- hooggerechtshof (High Court, de Family Division).
Deze gerechten kunnen de maatregel dienovereenkomstig aanpassen (indien daarom is gevraagd). De persoon van wie de dreiging uitgaat, wordt in kennis gesteld van de verrichte aanpassingen (en de straffen bij overtreding).
Deze gerechten kunnen de beschermingsmaatregel ten uitvoer leggen door middel van civielrechtelijke sancties die zij kunnen opleggen bij de tenuitvoerlegging van binnenlandse maatregelen zoals beschermingsbevelen (non-molestation orders) of bevelen op grond van de wet op de bescherming tegen intimidatie van 1997.
Een “persoon van wie de dreiging uitgaat”, kan een van deze gerechten verzoeken om de erkenning of tenuitvoerlegging van de inkomende beschermingsmaatregel te weigeren. Een weigering moet echter gestoeld zijn op specifieke en beperkte gronden; de maatregel zou kennelijk strijdig moeten zijn met de openbare orde, of onverenigbaar met een binnenlandse beslissing.
Artikel 18, onder a)(i) - de instanties die bevoegd zijn beschermingsmaatregelen te gelasten en het certificaat af te geven overeenkomstig artikel 5
In Engeland en Wales
- familierechtbank (family court);
- districtsrechtbank (county court);
- hooggerechtshof (High Court; zowel de Family Division als de Queen’s Bench Division);
- magistratenrechtbanken (magistrates’ courts);
- voogdijrechtbank (Court of Protection).
Artikel 18, onder a)(ii) - de instanties waarvoor men zich kan beroepen op een in een andere lidstaat gelaste beschermingsmaatregel en/of die bevoegd zijn om een beschermingsmaatregel ten uitvoer te leggen
In Engeland en Wales
- familierechtbank (family court);
- districtsrechtbank (county court);
- hooggerechtshof (High Court, de Family Division).
Artikel 18, onder a)(iii) - de instanties die bevoegd zijn voor het aanpassen van een beschermingsmaatregel overeenkomstig artikel 11, lid 1
In Engeland en Wales
- familierechtbank (family court);
- districtsrechtbank (county court);
- hooggerechtshof (High Court, de Family Division).
Artikel 18, onder a)(iv) - de rechterlijke instanties bij wie overeenkomstig artikel 13 het verzoek tot weigering van erkenning en, in voorkomend geval, van tenuitvoerlegging wordt ingediend
In Engeland en Wales
- districtsrechtbank (county court);
- familierechtbank (family court);
- hooggerechtshof (High Court, de Family Division).
Artikel 18, onder b) - de taal die wordt/de talen die worden aanvaard voor de in artikel 16, lid 1, bedoelde vertalingen
Het Engels in alle rechtsgebieden van het Verenigd Koninkrijk
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.